Groots staat nog op dit pand, dat hier een pettenfabriek van Zutphen van de familie Krukziener was gevestigd.
Aron Cutzien (later werd dit Krukziener) was van Joodse afkomst en moest daarom met zijn vrouw Sara Vromen in 1940 onderduiken bij de Zutphense familie Beker. Ze overleefden gelukkig allemaal de oorlog, en ook het bombardement van 1944.
Tot de dood van Aron in 1953 was er dus een pettenfabriek in Zutphen.
Aron Cutzien (later werd dit Krukziener) was van Joodse afkomst en moest daarom met zijn vrouw Sara Vromen in 1940 onderduiken bij de Zutphense familie Beker. Ze overleefden gelukkig allemaal de oorlog, en ook het bombardement van 1944.
Tot de dood van Aron in 1953 was er dus een pettenfabriek in Zutphen.